Geloof?

Geloof?

13 september 2019 Uit Door Danielle

In alle omstandigheden geloof en vertrouwen hebben en houden in onze Hemelse Vader. Het is nogal wat als je hier dieper over nadenkt. Laatst schreef ik hierover in het blog ‘vertrouwen’. Omdat het onderwerp mij niet los liet, schrijf ik in dit blog nog even verder. In ‘vertrouwen’ schreef ik: ‘Ik bedenk me dat daar waar je vertrouwen hebt in de Heer, in welke omstandigheden je ook zit, geloof er onlosmakelijk aan verbonden zit’. Maar wat is geloof nou dan precies?

Nieuwsgierig geworden ga ik op zoek naar een antwoord in de Bijbel. Daar vind ik in Hebreeën 11:1 het volgende: ‘Wat is geloof? Het is de zekerheid dat onze hoop werkelijkheid wordt en het is overtuigd zijn van het bestaan van dingen die je niet ziet’.

Ik ga verder op zoek en op internet kom ik op Wikipedia terecht. Daar wordt gesproken over: ‘In de context van religie is geloof het vertrouwen in of de overtuiging van de juistheid van een specifiek systeem van religieuze opvattingen waarvoor geen bewijs is’.

Daar lees ik ook dat het Nederlandse woord ‘geloof’ vaak een vertaling is uit het Grieks. Het Griekse zelfstandige naamwoord pistis wat eigenlijk trouw of vertrouwen betekent. In het Latijns lees ik dat het woord credere gebruikt wordt en dit betekent geven of doneren van het hart. Dit woord is direct verwant aan de oude Indogermaanse wortel, een taalfamilie die zijn oorsprong heeft in Europa en Zuidelijk Azië heeft. Indogermaans betekent zoiets als geloven. Ik begrijp dat het zeer oud is. Deze dingen betekenen “hart” en “zetten, plaatsen of leggen”. Samen wordt het dan zoiets als “legt zijn hart op iets”.

‘Je hart op iets leggen’, kan het nog mooier worden verwoord? Onze Hemelse Vader die in ons hart wil wonen, in het mijne maar ook in het jouwe.

Vertrouwen, hoe zit dat eigenlijk met ons? Wij mogen geloven en letterlijk ‘ons hart erop leggen’. Hoe mooi is dat?

Tijdens mijn zoektocht naar ‘geloof’ op internet stuit ik op een blog van de EO uit 2017 van Marinus de Jong. Het onderwerp van dit blog is ‘waarom slimme mensen niet meer kunnen geloven’. Geloof wordt hier flink aan de kaak gesteld. De vraag die hier als een rode draad door het stuk loopt is: ‘waarom zou je tegenwoordig nog geloven’. De moderne Westerse mens vindt het bestaan van God zeer onwaarschijnlijk en bovendien heb je God niet nodig om gelukkig te worden, lees ik. In plaats van antwoorden krijg ik steeds meer vragen. Dit is geen gemakkelijk onderwerp, merk ik.

Is geloven in God dan eigenlijk wel goed voor je en word je gelukkig van geloof? Heeft het iets goeds gebracht? Ik merk dat de meningen hierover zijn verdeeld. Daar waar sommige mensen een negatief antwoord zullen geven zijn er ook mensen die hier positief op zullen reageren.

Sommige mensen zijn overtuigd van het feit dat godsdienst alleen maar ellende geeft en de oorzaak is van geweld en van onderdrukking. Als we kijken naar vroeger zien we dat er kruistochten en verschillende godsdienstoorlogen plaatsvonden. Als we kijken naar vandaag dan hebben we te maken met religieus terrorisme. Als je dan ook nog het seksueel misbruik in de Rooms-Katholieke Kerk erbij haalt, is het negatief plaatje eigenlijk wel compleet.

In een ander blog lees ik over wetenschapper Bavinck. Deze wetenschapper leefde een eeuw geleden en stelde dat je als christen moet kijken en handelen vanuit je geloof. Zijn mening is duidelijk want hij zegt: ‘elke wetenschapper kijkt en handelt vanuit een persoonlijk geloof in wat dan ook’. Volgens deze wetenschapper is de gehele wetenschap niets meer of minder dan het opsporen van Gods gedachten in de schepping. Ik vind het een interessante gedachte. Deze man begon dus, ruim honderd jaar geleden, zijn zoektocht in de wetenschap en zei: ‘het is als rondneuzen in de schepping van God’. Wat een bijzondere gedachte.

Nadat ik me wat meer in dit onderwerp verdiep kan ik eigenlijk niet anders concluderen voor mijzelf dat wij niet bang hoeven te zijn om dingen te onderzoeken want we komen daar juist rijkdom en schoonheid tegen. Het is de wetenschap die ons eigenlijk hierbij stil zet. De wetenschap brengt ons op deze manier tot aanbidding. Ook vandaag de dag worden er nog steeds nieuwe dingen ontdekt. Kijk maar bijvoorbeeld naar de nieuwe soorten dieren die ontdekt worden in de donkere diepte van de oceaan. De prachtige kleuren en vormen die je daar tegenkomt, de fascinerende dieren met hun briljante eigenschappen. Dit moet God wel zijn. Hij, die het natuurlijke gebruikt zodat wij kunnen geloven. Alle verklaringen van de wetenschap maken mijn geloof niet armer maar juist rijker, merk ik. Wetenschap en geloof, de twee die zo vaak als uitersten tegenover elkaar staan zorgen nu bij mij voor opbouw van mijn geloof.

Wetenschap die de ogen voor de schoonheid van God zelf opent. Verklaren in vertrouwen leidt denk ik niet tot geen geloof. Het leidt tot een diep ontzag voor onze Hemelse Vader. Hij, die nog mooier is dan Zijn eigen schepping.

Nog steeds zijn er vele plekken op aarde die nog niet ontdekt zijn. Het zijn plekken die alleen onze God op dit moment nog kan zien. Hoe geweldig is het om je hierin te blijven verwonderen. Dan kun je toch niet anders zeggen dan: ‘ja, ik geloof’!